Cognitieve Revalidatie & NAH
Niet aangeboren hersenletsel of NAH is schade aan de hersenen als gevolg van een trauma, zoals een val of klap op het hoofd of een gevolg van een oorzaak in het hoofd zelf.
Hersenletsel kan ontstaan door bijvoorbeeld een herseninfarct of een hersenbloeding; we spreken dan van een beroerte of CVA (Cerebro Vasculair Accident). Maar ook een tumor, hartstilstand, vergiftiging of operatie kunnen leiden tot hersenschade.
De gevolgen van NAH
Vrijwel alle functies en alles wat we doen, wordt aangestuurd door onze hersenen. Afhankelijk van de plaats van het letsel, verschillen de uitvalsverschijnselen. De gevolgen van niet aangeboren hersenletsel zijn dan ook zeer divers en voor iedere persoon anders. Niet iedereen krijgt met alle gevolgen te maken.
De meest zichtbare gevolgen zijn de lichamelijke gevolgen, zoals een verlamming van één zijde van het lichaam, het verlies van spierkracht, moeite met de coördinatie van bewegingen, gevoelsstoornissen, een scheef gezicht, incontinentie of schokkende ledematen zoals bij epilepsie. Minder zichtbare gevolgen maar duidelijk merkbaar tijdens uitvoer van dagelijkse bezigheden zijn gevoelsverlies, uitval van je gezichtsveld (hemianopsie) of uitval van de waarneming van een deel van je lichaam (neglect).
Als het gaat om onzichtbare gevolgen, wordt vaak gesproken over cognitieve beperkingen; er kan sprake zijn van aandacht- en concentratieproblemen, geheugenproblemen, overgevoeligheid voor bijvoorbeeld licht of geluid, problemen met het uitvoeren en plannen van activiteiten en heel vaak vermoeidheidsklachten. Alles kost veel meer energie omdat je niet meer kunt functioneren op de automatische piloot.
Het moeilijkst voor partner of vrienden zijn de gevolgen op het gebied van communicatie (moeite met het vinden van woorden of het begrijpen van taal), gedragsmatige gevolgen (geen/verminderd ziekte-inzicht, sneller geprikkeld of impulsief gedrag) en emotionele gevolgen (overmatig vrolijk of juist meer depressieve klachten, weinig zelfvertrouwen, angst, somberheid of sneller huilen).
Wat kunnen we doen?
Door bovenstaande gevolgen kunnen de meest vanzelfsprekende handelingen opeens erg moeizaam gaan. Denk hierbij aan activiteiten zoals: wassen, aankleden, koken, huishoudelijke taken, gebruik maken van het openbaar vervoer, werken, het uitvoeren van hobby’s. Door training, compenseren en of aanpassingen proberen we samen met u de oplossing te zoeken om de activiteiten weer goed uit te voeren.